2 apr 2025

5 veelgemaakte fouten op het theorie-examen (en hoe jij ze vermijdt)

tips voor het theorie examen rijbewijs B
tips voor het theorie examen rijbewijs B
Het theorie-examen lijkt op papier simpel. Tot je er zit, de tijd tikt, en je plots twijfelt over alles. Geen stress: als je weet waar anderen de mist in gaan, ben je al een stap voor en goed op weg naar je voorlopig rijbewijs B! Hier zijn de 5 meest voorkomende fouten – én hoe jij ze slim vermijdt.

1. Verkeerde snelheid kiezen op basis van de situatie

“Buiten de bebouwde kom, autoweg, 2x2 rijstroken... 90 km/u? 120? 70?”
Waarom dit fout gaat:
Snelheidsregels veranderen afhankelijk van gewest, type weg én infrastructuur (middenberm of niet). Veel kandidaten verwarren autowegen met autosnelwegen, of vergeten dat de regels in Vlaanderen anders zijn dan in Wallonië.
Zo vermijd je het:
Leer de snelheden met context – niet als losse cijfers. Oefen met situaties en herken borden.

 

2. Geen aandacht voor verkeersborden met extra info

“Oei, dat onderbord zag ik niet.”
Of:
“Ik dacht dat het bord voor vrachtwagens was, maar het gold ook voor mij.”
Waarom dit fout gaat:
Examenvragen gebruiken vaak extra borden of pictogrammen die cruciaal zijn voor het juiste antwoord. Wie alleen naar het hoofdverkeersbord kijkt, mist de nuance.
Zo vermijd je het:
Train jezelf om altijd even het onderbord te checken – dat maakt vaak het verschil.

 

3. Verwarring tussen busstrook en bijzondere bedding

“Mag ik hier rijden om af te slaan of niet?”
Waarom dit fout gaat:
Veel kandidaten kennen het verschil tussen de lijnsoorten niet goed. Ze verwarren een busstrook (onderbroken lijn) met een bijzondere bedding (doorgetrokken lijn), wat andere regels heeft.
Zo vermijd je het:
Onthoud dit simpel ezelsbruggetje:
  • Onderbroken lijn = OK om even op te rijden (afslag)
  • Doorgetrokken lijn = enkel kruisen, nooit volgen

 

4. Voorang verkeerd inschatten bij zebrapaden

“Hij stond stil… mocht ik dan inhalen?”
Waarom dit fout gaat:
Veel kandidaten vergeten dat je nooit mag inhalen aan een zebrapad als een andere bestuurder vertraagt of stopt. Zelfs als er (nog) geen voetganger op staat.
Zo vermijd je het:
Bij twijfel → stop of vertraag. En weet: voorzichtigheid telt zwaarder dan ‘gelijk hebben’ op het examen.

 

5. Te veel op gevoel antwoorden i.p.v. logisch redeneren

“Ik dacht dat de stopafstand bij 100 km/u ongeveer 50 meter was...”
Waarom dit fout gaat:
Snelheidsvragen of inschattingsvragen lijken logisch, maar zijn dat niet altijd. Wie op gevoel gokt, zit er vaak naast.
Zo vermijd je het:
Leer de vier basisgetallen voor stopafstanden uit het hoofd. Ze komen vaak terug.

 

Samengevat

Het theorie-examen test niet alleen je kennis, maar ook je aandacht, logica en stressbestendigheid. Wie de valkuilen kent, scoort beter.
Wil je nog meer oefenen met dit soort fouten?
Test jezelf op RAPP – met uitleg, herhaling en feedback op jouw zwakke punten. Kijk ook zeker naar onze blog “De moeilijkste vragen uit het theorie examen”.
Schrijf je nu in voor early access en haal dat voorlopig rijbewijs B sneller dan je dacht.

 

Het theorie-examen lijkt op papier simpel. Tot je er zit, de tijd tikt, en je plots twijfelt over alles. Geen stress: als je weet waar anderen de mist in gaan, ben je al een stap voor en goed op weg naar je voorlopig rijbewijs B! Hier zijn de 5 meest voorkomende fouten – én hoe jij ze slim vermijdt.

1. Verkeerde snelheid kiezen op basis van de situatie

“Buiten de bebouwde kom, autoweg, 2x2 rijstroken... 90 km/u? 120? 70?”
Waarom dit fout gaat:
Snelheidsregels veranderen afhankelijk van gewest, type weg én infrastructuur (middenberm of niet). Veel kandidaten verwarren autowegen met autosnelwegen, of vergeten dat de regels in Vlaanderen anders zijn dan in Wallonië.
Zo vermijd je het:
Leer de snelheden met context – niet als losse cijfers. Oefen met situaties en herken borden.

 

2. Geen aandacht voor verkeersborden met extra info

“Oei, dat onderbord zag ik niet.”
Of:
“Ik dacht dat het bord voor vrachtwagens was, maar het gold ook voor mij.”
Waarom dit fout gaat:
Examenvragen gebruiken vaak extra borden of pictogrammen die cruciaal zijn voor het juiste antwoord. Wie alleen naar het hoofdverkeersbord kijkt, mist de nuance.
Zo vermijd je het:
Train jezelf om altijd even het onderbord te checken – dat maakt vaak het verschil.

 

3. Verwarring tussen busstrook en bijzondere bedding

“Mag ik hier rijden om af te slaan of niet?”
Waarom dit fout gaat:
Veel kandidaten kennen het verschil tussen de lijnsoorten niet goed. Ze verwarren een busstrook (onderbroken lijn) met een bijzondere bedding (doorgetrokken lijn), wat andere regels heeft.
Zo vermijd je het:
Onthoud dit simpel ezelsbruggetje:
  • Onderbroken lijn = OK om even op te rijden (afslag)
  • Doorgetrokken lijn = enkel kruisen, nooit volgen

 

4. Voorang verkeerd inschatten bij zebrapaden

“Hij stond stil… mocht ik dan inhalen?”
Waarom dit fout gaat:
Veel kandidaten vergeten dat je nooit mag inhalen aan een zebrapad als een andere bestuurder vertraagt of stopt. Zelfs als er (nog) geen voetganger op staat.
Zo vermijd je het:
Bij twijfel → stop of vertraag. En weet: voorzichtigheid telt zwaarder dan ‘gelijk hebben’ op het examen.

 

5. Te veel op gevoel antwoorden i.p.v. logisch redeneren

“Ik dacht dat de stopafstand bij 100 km/u ongeveer 50 meter was...”
Waarom dit fout gaat:
Snelheidsvragen of inschattingsvragen lijken logisch, maar zijn dat niet altijd. Wie op gevoel gokt, zit er vaak naast.
Zo vermijd je het:
Leer de vier basisgetallen voor stopafstanden uit het hoofd. Ze komen vaak terug.

 

Samengevat

Het theorie-examen test niet alleen je kennis, maar ook je aandacht, logica en stressbestendigheid. Wie de valkuilen kent, scoort beter.
Wil je nog meer oefenen met dit soort fouten?
Test jezelf op RAPP – met uitleg, herhaling en feedback op jouw zwakke punten. Kijk ook zeker naar onze blog “De moeilijkste vragen uit het theorie examen”.
Schrijf je nu in voor early access en haal dat voorlopig rijbewijs B sneller dan je dacht.

 

© 2025 RAPP - De rijbewijs app